Het regent en ik fiets op weg naar het station. Jakkes! Had ik niet beter de bus kunnen pakken? Heb ik weer verzuimd eerst naar de buienradar te kijken? Oke, het gaat niet heel hard, maar het druppelt gestaag door. Brrr..
Ik heb de wens om dichter bij de natuur te leven. Ho! Dat zeg ik verkeerd. Ik wil dichter mét de natuur leven, ín de natuur. Met alles erop en eraan. Warmte, kou, wind en regen. Want regen hoort daar ook bij. Goed voor de plantjes, is het cliché. En eerlijk is eerlijk: ook goed voor mij. Zeker als de lucht stoffig is of vol pollen zit, kan ik verlangen naar de flinke bui die de hele atmosfeer schoonspoelt. Leven met de natuur is dus ook leven met regen. En niet alleen van achter het glas van mijn huis.
In Nederland regent het 8% van de tijd, leerde ik laatst tijdens een pubquiz. Mijn statistiek is niet goed genoeg om te kunnen berekenen hoe groot de kans is dat ik nat wordt tijdens mijn dagelijkse 3 kilometer fietsen naar het station. Maar het is een feit dat ik af en toe met klamme broekspijpen in de trein zit. Helemaal compleet tot op de onderbroek doorweekt regenen is echt zeldzaam. Natregenen is gewoon geen pretje, hoe nat je ook bent.
Leven met de natuur is dus ook leven met regen. En op de fiets voel ik dat ik niet zo nat word dat ik een uur later nog met een klamme broek rondloop. De druppels tikken zachtjes op mijn handen en geven koele puntjes in mijn gezicht. Ik voel hoe mijn hoofdhuid onder mijn gemillimeterde haar een heel natuurlijke en subtiele vorm van massage krijg. Het is niet koud en de regen is een kadootje. Een extraatje. Om mijn fietstochtje een klein beetje aangenamer te maken. Heerlijk.
Door mijn gedachten met vooroordelen (jakkes regen) uit te zetten en mijn zintuigen aan, ervaarde ik dit buitje als een heerlijk cadeau op de vroege ochtend. Vaker doen dus: hoofd uit, zintuigen aan.
Geef een reactie